Kings Canyon en Alice Springs - Reisverslag uit Alice Springs, Australië van Madelon Rood - WaarBenJij.nu Kings Canyon en Alice Springs - Reisverslag uit Alice Springs, Australië van Madelon Rood - WaarBenJij.nu

Kings Canyon en Alice Springs

Door: Madelon

Blijf op de hoogte en volg Madelon

17 Februari 2018 | Australië, Alice Springs

Maandag 12 februari
Bij wijze van verrassing had Arthur voor mij een kamelentocht bij zonsopgang geregeld. Om half zes moesten we bij de kamelenboerderij zijn, dus bijtijds opgestaan om alles weer in te pakken, want daarna reden we meteen door naar een camping in de buurt van Kings Canyon.
Ik moest een beetje aan de gymles op school denken. We moesten in een rij naast elkaar gaan staan en afstand houden van de kamelen (“nog niet aan de bal komen, jongens!”). Daarna werd uitgelegd hoe het opstappen in zijn werk ging. Je wilt zo’n kameel niet voor z’n kop schoppen, want ze schijnen een goed geheugen te hebben, een nog beter gebit en een heel lenige nek. En je zit héél dicht bij die kop!
Nadat iedereen zonder ongelukken was opgestapt gingen we in karavaan, met de speedy snelheid van ongeveer 14 km per uur, op pad. Onderweg kregen we nog meer uitleg over het landschap en werden we getrakteerd op allerlei wetenswaardigheden over de kameel. Het is een geïmporteerd dier, omdat alle paarden van de Engelse kolonisten dood gingen in het Australische landschap en klimaat. Een kameel kan 3 1/2 week zonder eten en drinken! Hij kan de helft van zijn eigen lichaamsgewicht meetorsen (ze wegen 800 kilo of meer, tel uit je winst. Daar kan geen paard tegenop). Het landschap is gewoon mooi, de opkomende zon ook, zelfs zonder Uluru.
Na de kamelenrit kregen we een Australisch ontbijt met o.a. ‘damper’. Dat is een soort brood, in dit geval met veel zaden en nog warm, want het kwam recht uit de oven. Goede kok! Tenslotte mochten we nog even langs alle dieren lopen. Er waren kangoeroes (duh) en een oorbellen etende emoe. Zijn hoofdprijs was een oorbel met zwarte parel en diamantjes ter waarde van 1800 dollar, van een dame die een selfie met de emoe wilde maken. De oorbel is met een metaaldetector teruggevonden in de ingewanden van het beest, maar nooit uitwendig aangetroffen (welke oen gaat met oorbellen van bijna 4000 dollar op vakantie?). Dus werd ik vriendelijk verzocht mijn Hemaatjes uit te doen. Er waren ook 79 kamelen, eenden, ganzen en een waterbuffel. Welke geniale geest heeft die binnengehaald, in deze omgeving (bijna) zonder water? Hij lag er behoorlijk depressief bij.....
Goed, wij gingen snel door naar Kings Creek, zo’n 350 kilometer verder. Aangezien het nog steeds boven de 40 graden is, hebben we heel rustig gereden met de airco vol aan. Toch waren we rond 2 uur al op de camping, in het ‘dorpje’ Kings Creek: geen straten, een bezinepomp met camping (met zwembad!), een barretje en een helikopter. Alles van dezelfde eigenaar: zie hier een outbackdorp. We waren de eerste gasten, dus meteen naar die pool. Dat was heerlijk, tot om 4 uur een bus van Groovy Grapes Tours zijn inhoud aan de pool dumpte. Voor 20 personen was het zwembad iets te klein en met de rust was het ook meteen gedaan. Wij zijn lekker gaan koken, eten en hebben daarna van onze laatste zonsondergang in de outback genoten. Hij was weer prachtig!


Dinsdag 13 februari
Alweer vroeg uit de veren! 5.50, het regende dat het goot en was aardsdonker. Gelukkig moesten de Groovy Grapes dezelfde kant op, dus daar zijn we achteraan gescheurd (overigens was er maar 1 weg, dus je moet goed je best doen om fout te rijden, maar ja: de afslag).
Toen we aankwamen bij Kings Canyon begon het licht en droog te worden. Het is een wandeling van 6 km over een behoorlijk hoge bergrug. De wandeling wordt als zwaar gekwalificeerd, en er staat 3-4 uur voor. In verband met de warmte mag je na 9 uur niet meer starten. Alle toegangen worden dan afgesloten met een hek. Wij startten om 6.50 uur.
De wandeling begint met een klim van zo’n 1000 ongelijke rotstreden: je klimt naar een hoogte van ruim 300 meter (Voor de insiders: ik had weer visioenen van de Chinese muur).
Nou heb ik -dacht ik- een milde vorm van hoogtevrees. Die bleek echter iets minder mild dan ik had ingeschat. Er waren aanvankelijk vrij veel stukken die langs een steile afgrond liepen. Er stonden ook veel borden die daarvoor waarschuwden. Dat heeft me bloed, zweet en tranen (letterlijk) gekost. De wandeling is volkomen veilig, dat weet ik best, maar tussen mijn oren kwam die boodschap niet door.
Gelukkig werd het ruimschoots gecompenseerd door prachtige uitzichten, en heel veel schitterende vlakke stukken waar ik me volkomen veilig voelde. Bovenop die hoefijzervormige bergkam groeiden bomen, struiken en bloemen. De rotsen bestaan uit zichtbare horizontale lagen in een prachtige roestbruine kleur. En in het middelste deel, het dal zeg maar, kijk je op een weelderig groene begroeiing, want daar is altijd water. Zelfs nu, in de droge tijd. We hadden wel ontzettend geluk met de bewolking: het was nu al warm. Zeker het tweede deel van de wandeling heeft bijna geen schaduw, dus ik kan me voorstellen waarom er een paar keer per week mensen die uitgedroogd zijn of met een zonnesteek per helicopter worden afgevoerd.
Wij waren om half tien klaar met de wandeling, en hebben toen op de parkeerplaats ontbeten. Daarna zijn we doorgereden naar Alice Springs. Dat we geen fourwheeldrive hebben kostte ons 120 km extra. Er is een doorsteekje, maar dat was echt niet haalbaar met een camper, dus de volle 526 km.
Alice Springs (hé Mayke; ik ben nu in Alice in Wonderland!) noemt zichzelf The Red Centre, dus ze zouden mij met open armen moeten ontvangen. Er stond geen welkomscommitee, maar wel een camping met echt gras, veel schaduw, mooi schoon sanitair en en een zwembad. Daar hebben we de rest van de dag van genoten.

Woensdag 14 februari
De temperatuur is dramatisch gedaald naar 38 graden, wat een weelde. De hele dag een beetje gelummeld en bijgekomen van veel kilometers en veel activiteiten de afgelopen weken.
Rond vijf uur werden we opgepikt en per bus naar het Kangaroo Sanctuary gebracht. Je kunt daar niet zelf heen (er is nergens een adres gepubliceerd) en ook niet overdag, want dan slapen de kangoeroes en ze mogen niet gestoord worden. Het Sanctuary is opgericht door Chris Barnes (Brolga), die er dieren opvangt waarvan de moeder is doodgereden (al die roadkill die wij zo vaak hebben gezien) en kangoeroes die als huisdier gehouden zijn. Hij heeft een enorm stuk land, waar ze vrij kunnen rondlopen en leven. In het wild blijven kangoeroetjes zo’n 10 maanden in de buidel bij hun moeder. In dit park en er buiten lopen vrijwilligers met ze rond in een soort tas. De meeste kangoeroes kunnen later weer in het wild worden uitgezet. Die krijg je als bezoeker ook niet te zien. Als de kleintjes gewond zijn, of teveel gewend aan mensen,blijven ze de rest van hun leven in het park. En als bezoeker mag je die kleintjes wèl vasthouden.
Vanwege het laagseizoen hadden wij maar een klein groepje, dus iedereen kwam ruimschoots aan zijn trekken gedurende de informatieve wandeling van 2 1/2 uur. Ik heb drie keer gebuideld -er ontwaakten hormonen waarvan ik dacht dat ze uitgestorven waren- en heb even overwogen om in plaats van een hond......... Maar ja, die Skippies worden ruim 2 meter, maken sprongen van ruim 3 meter, dus uitlaten wordt een probleem.
In ieder geval op een hele leuke manier weer veel geleerd over de rode kangoeroe!

Donderdag 15 februari
Kan ik kort over zijn. We werden wakker terwijl het hard regende. En dat bleef het doen. ‘s Middags zelf een paar klappen onweer. Toch nog naar een uitkijkpunt geweest, maar door het weer was er niet zoveel te zien. Dan naar het Aboriginal Cultural Centre: was gesloten. De winkel met Aboriginal producten: was opgeheven. Een avondexcursie geboekt in het desertparc. Werd verzet omdat de nachtdiertjes met dit weer lekker in hun holletjes blijven.
Oké, een lekker wijntje en een goed boek........

Vrijdag 16 februari
Toen we opstonden was het bewolkt, maar droog. Op weg naar Standley Chasm, een prachtige kloof, zagen we ver voor ons de bewolking breken en het eerste stuk felblauwe lucht ontstaan. Standley Chasm ligt op het grondgebied dat in bezit is van de Aboriginal bevolking (volgens de boekjes geldt dat voor meer dan de helft van het Northern Territory, wel vreemd dat je zo weinig van de oorspronkelijke bevolking ziet). Dat betekent dat je sommige stukken niet mag betreden en/of fotograferen, omdat dat heilige plaatsen zijn. Zo ook hier, maar gelukkig was de wandeling naar de kloof (slechts 1.2 km) beeldschoon, en de kloof zelf ook. Je voelt je heel nietig als je tussen twee van die enorme wanden staat. En natuurlijk weer in mijn favoriete kleur: rood! Rond de middag schijnt er gedurende ongeveer 90 minuten zon in de kloof, waardoor alle kwartskristallen die in de rotswand zitten prachtig gaan schitteren. Wij hadden niet genoeg geduld om daar 2 1/2 uur op te gaan zitten wachten. Hij was zo ook al mooi!
Verder naar een andere kloof, waar bovendien het hele jaar door ook water staat. Dat is in die droge klimaat en deze droge omgeving heel uitzonderlijk, zoals je inmiddels vast wel begrepen hebt. Gedurende de rit naar Ellery Creek Big Hole reden we langzaam de wolkenloze ruimte in. De temperatuur steeg meteen een aantal graden. Ellery Creek bleek een soort paradijsje te zijn, met een zandstrandje, veel groen en een prachtige rotspartij. Er was een familie die heerlijk aan het strandje lag, verder was er niemand. Het water zijn we toch maar niet in gegaan omdat er een soort blauwachtig schuim op lag. En er stonden borden dat je het niet mocht drinken, er zelfs liever niet mee in aanraking moest komen. Dus hebben we er al picnickend gewoon een uurtje van genoten. Toen we langs de West Macdonnels Range (bergrug) weer naar de camping reden kwamen we weer onder de bewolking terecht.
‘s Avonds hadden we een nachtexcursie in het Dessert Parc. Daar worden een aantal bijna uitgestorven nachtdieren in een, door een Jurassic-Parc-achtig hek (“er staat flinke spanning op, probeer de deur niet aan te raken bij het binnengaan”), afgesloten gebied beschermd tegen hun natuurlijke vijanden. Wij mochten met een verzorger meewandelen door dat gebied terwijl er van alles verteld werd over de dieren die we zagen. Uiteraard mocht je niets flitsen, dus of er wat van de foto’s geworden is zien we thuis pas.
En dat was onze aller-, allerlaatste dag in the red centre.
Vanmorgen hebben we weemoedig onze camper ingeleverd, en nu zitten we te wachten op het vliegtuig dat ons naar Cairns brengt. Daar wordt het vast ook weer geweldig, maar ik zou hier ook best nog een hele tijd willen blijven......

  • 17 Februari 2018 - 15:24

    Mieke:

    Ha lieve allebei, wat een mooi verhaal weer!
    En nu op naar Cairns waar jullie vast ook weer gaan genieten! Liefs van Ron en mij x

  • 17 Februari 2018 - 19:33

    Carin:

    Ik wil ook een kangoeroe... kunnen we er niet eentje delen? Prachtige verhalen weer. Is het daar nu ook wat regenseizoen? Gezien een aantal dagen dat jullie opstarten met regen?

    Hier is het nog lekker koud. Rond het vriespunt 's nachts maar daardoor ook regelmatig een zonnetje overdag. Heerlijk!

    Ik ga lekker aftellen, nog 2 weken en dan zijn jullie er weer!

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Madelon

Actief sinds 13 Jan. 2018
Verslag gelezen: 281
Totaal aantal bezoekers 9231

Voorgaande reizen:

21 September 2019 - 26 Oktober 2019

Roadtrip Noord en West Australië

19 Januari 2018 - 03 Maart 2018

Roadtrip in Down Under

Landen bezocht: